Beleid Alcohol, drugs en medicijnen (ADM) / Ashwin van der Vlugt
01 Algemene zaken
 >  Beleid Alcohol, drugs en medicijnen (ADM)
Introductie

Bij GMB vinden we het belangrijk om helder te zijn over ons beleid rondom alcohol, drugs en medicijnen (ADM) 
in relatie tot het werk. Dit beleid is er om duidelijkheid te geven over wat we van je verwachten en om problemen door het gebruik van ADM zoveel mogelijk te voorkomen en terug te dringen. Dergelijke problemen kunnen namelijk onveilige situaties op de werkvloer veroorzaken en hebben een negatieve invloed op de gezondheid, het welzijn en de veiligheid van medewerkers én hun collega's. Met dit beleid werken we samen aan een veilige en gezonde werkomgeving, waarin iedereen zich prettig voelt en zijn of haar werk optimaal kan uitvoeren.

Risico's > Wat kan er gebeuren?
  • Onveilig werken;
  • Kans op ongevallen;
  • Letsel;
  • Reactie,- en concentratievermogen vermindert;
  • Fouten maken en/of minder kwaliteit leveren;
  • Veel vaker verzuimen.
Maatregelen > Onze visie

Ons ADM-beleid is gebaseerd op vier pijlers:

Preventie
: Voorkomen is beter dan genezen. We besteden daarom aandacht aan bewustwording en voorlichting over alcohol- en drugsgebruik.
Hulpverlening: Als iemand tegen problemen aanloopt met alcohol, drugs of medicijngebruik, bieden we ondersteuning. Dit kan via afdeling HR of externe hulpverlening.
Toezicht: Om een veilige werkplek te garanderen, houden we actief toezicht op het naleven van het ADM-beleid.
Sancties: Bij overtredingen nemen we passende maatregelen om de veiligheid en werksfeer te beschermen.

Het ADM-beleid geldt voor iedereen: medewerkers, ingehuurde krachten, onderaannemers en andere betrokkenen bij onze werkzaamheden. De medewerker is in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor de gevolgen van het gebruik van ADM. Samen hebben we echter de verantwoordelijkheid om te zorgen voor een veilige, gezonde en prettige werkomgeving. Dit is niet alleen goed voor onszelf, maar ook voor de kwaliteit van ons werk en het imago van GMB.

Rol van leidinggevenden en management
Onze directie, MT’s, leidinggevenden en HR spelen hierin een belangrijke rol. Zij geven het goede voorbeeld en uitvoering aan dit beleid.

Tips > Begrippen

Medicijnen 
Onder medicijnen vallen geneesmiddelen die zijn voorgeschreven door een arts en die je geestelijke of lichamelijke reactie- en beoordelingsvermogen negatief kunnen beïnvloeden. Bij het ophalen van deze medicijnen hoort de apotheker informatie te geven over de mogelijke effecten. Medicijnen die je reactievermogen kunnen beïnvloeden, zijn vaak voorzien van een ‘gele sticker’. Ook in de bijsluiter van het medicijn staat vermeld of het middel invloed kan hebben op bijvoorbeeld je rijvaardigheid.

Middelen 
Met middelen bedoelen we alcohol, alcoholhoudende dranken en drugs, zowel softdrugs als harddrugs.

Maatregelen > Preventie, voorlichting en hulp

Voorlichting: GMB verzorgt op diverse manieren voorlichting over het gebruik van ADM en de effecten ervan op gedrag en/of functioneren maar ook over het bieden van hulp. Dit kan zijn GMB breed maar ook cluster specifiek. Dit kan bijvoorbeeld op een werknemersvergadering, een veiligheidsdag of middels een toolbox. Het doel hiervan is het vergroten van bewustwording en problemen vroegtijdig te signaleren. 

Hulp bij problemen:

  • Als er een vermoeden is van ADM-problematiek, gaat de leidinggevende (minimaal een MT-lid), samen met HR, in gesprek met de medewerker.
  • Als de medewerker het probleem erkent en bereid is actief mee te werken aan herstel, wordt er specifieke hulpverlening aangeboden. Dit kan bestaan uit begeleiding door de bedrijfsarts, training, coaching, maatschappelijk werk of zelfs opname in een kliniek.
  • De gemaakte afspraken worden vastgelegd in een behandelovereenkomst. Deze overeenkomst wordt door de medewerker, leidinggevende en HR ondertekend en versleuteld (alleen zichtbaar voor HR en medewerker zelf) opgeslagen in het personeelsdossier. De medewerker geeft hiermee ook toestemming aan de bedrijfsarts om contact te onderhouden met de behandelaar.

Niet nakomen van afspraken:

  • Als een medewerker zich niet aan de afspraken in de behandelovereenkomst houdt, wordt dit gezien als het niet meewerken aan herstel of re-integratie.
  • Dit leidt tot een (ministens één) waarschuwing, gevolgd door een loonopschorting en/of zelfs een loonstop en indien verbetering of het opvolgen van de redelijke instructies c.q. re-integratie ondanks de waarschuwing uitblijft, kan dit zelfs leiden tot een einde van de arbeidsovereenkomst welke aan de medewerker te wijten is. 
Maatregelen > Gebruik ADM tijdens werktijd

Alcohol en drugs: Het is niet toegestaan om alcohol of drugs te gebruiken, mee te nemen, te bezitten, te 
verspreiden en/of te verkopen op de werkvloer, in voertuigen van het bedrijf (ook niet buiten werktijd), of 
op locaties van GMB en opdrachtgevers.

Medicijnen: Medicatie die het reactievermogen kan beïnvloeden mag alleen worden gebruikt als deze is 
voorgeschreven door een arts. Gebruik je zulke medicijnen? Meld dit dan vooraf bij de arbodienst. Deze 
bepaalt, in overleg met de bedrijfsarts, of jij je werk veilig kunt doen of dat aangepast werk nodig is. Wanneer dit aan de orde is, moet de leidinggevende geïnformeerd worden en kun je samen met hem/haar de werkzaamheden vaststellen. Het medisch secretariaat van de arbodienst is telefonisch bereikbaar op via 0523-282737 of per mail via medischsecretariaat@vitalrarbo.nl.

Overtreding van deze regels kan leiden tot (direct) ontslag. 

Maatregelen > Alcoholgebruik tijdens werk gerelateerde bijeenkomsten

Bij personeelsbijeenkomsten en recepties (binnen en buiten werktijd) is beperkt alcoholgebruik toegestaan indien dit wordt aangeboden. Neem je verantwoordelijkheid! Houd je aan de wettelijke limiet voor alcoholgebruik als je nog moet rijden. GMB zorgt altijd voor voldoende alcoholvrije opties. Het kan zijn dat bij bepaalde bijeenkomsten alcoholgebruik niet wordt toegestaan; hieraan dient een ieder zich te houden. GMB draagt zorg voor voldoende voorlichting in brede zin om bewustwording voor verantwoord alcoholgebruik te vergroten.

Maatregelen > Onder invloed op het werk verschijnen

Niet onder invloed verschijnen: Het is niet toegestaan om onder invloed van alcohol, drugs of bepaalde 
medicijnen op het werk te verschijnen of in deze toestand naar het werk te gaan. Dit wordt behandeld 
alsof je deze middelen tijdens werktijd hebt gebruikt en kan leiden tot dezelfde consequenties.

Medicatie met een ‘gele sticker’: Gebruik je medicijnen die je functioneren beïnvloeden? Meld dit ruim 
van tevoren bij de arbodienst. De bedrijfsarts beoordeelt dan of je veilig kunt werken of dat aangepast 
werk nodig is.

Melding door collega’s: Als een collega vermoedt dat iemand onder invloed is, moet dit worden gemeld bij 
de leidinggevende, HR of een vertrouwenspersoon (zie contactgegevens in de gedragscode). Alleen op verzoek van GMB mag de melder verdere acties ondernemen, bijvoorbeeld het overnemen van voertuigbesturing als dit veilig is en de collega bevoegd is.

Verminderd functioneren: Zelfs als middelengebruik niet direct aantoonbaar is, kan er sprake zijn van
overmatig gebruik. Mogelijke aanwijzingen hiervoor zijn het niet nakomen van afspraken, verhoogd ziekteverzuim of verstoring van de werksfeer

Maatregelen > Werken op locatie opdrachtgever

Beleid van opdrachtgevers: Bij het werken onder toezicht van een opdrachtgever, geldt ook het ADM-beleid van de opdrachtgever. Bij overtredingen zijn de sancties van GMB van toepassing. 

Geen beleid bij opdrachtgever: Heeft de opdrachtgever geen ADM-beleid? Dan geldt het beleid van GMB.

Maatregelen > Toezicht en controle(s)

Controle bij vermoeden van ADM-gebruik: Als er een redelijk vermoeden is dat de medewerker onder invloed is, kan gevraagd worden een adem-, urine- of speekseltest te doen. Deze test wordt uitgevoerd door de bedrijfsarts of een onafhankelijk testbureau. De tests zijn niet-invasief en respecteren de lichamelijke integriteit. De uitslag valt onder medisch beroepsgeheim en wordt niet gedeeld met GMB. Alleen de conclusie – of aan de functie-eisen wordt voldaan – wordt met GMB gedeeld, en de volledige testuitslag wordt met de medewerker besproken.

Weigering van de test: Weigert de medewerker bij vermoeden mee te werken aan de test, dan kan GMB niet instaan voor de veiligheid op de werkplek. In dat geval word de medewerker naar huis gestuurd.

  • De niet-gewerkte uren worden van het verlofsaldo afgeschreven.
  • Eventueel vervoer naar huis is op kosten van de medewerker.
  • Voordat de medewerker weer aan het werk gaat, vindt een gesprek plaats met je leidinggevende en HR. In het gesprek bespreken we de aanleiding en maken we een plan om de situatie te verbeteren. Het verslag van dit gesprek wordt versleuteld (alleen zichtbaar voor HR en medewerker zelf) in het personeelsdossier opgeslagen.

Recht op contra-expertise: Als de medewerker het niet eens is met de uitslag van de test, kan de medewerker een contra-expertise aanvragen. Deze wordt uitgevoerd door een andere bedrijfsarts.

Tips > Voor meer informatie

GMB streeft naar een veilige en gezonde werkomgeving waarin iedereen zijn of haar verantwoordelijkheid neemt.

Voor vragen over dit beleid kan je terecht bij afdeling HR.